Bij HEERLIJK.NL zijn we voortdurend op zoek naar nieuwe parels, naar nieuw talent, naar plekken die onze verwende smaakpapillen nog weten te betoveren. Elke week zoomen we in op een heerlijke nieuwkomer; een restaurant dat korter dan een jaar is gestart of herstart en een plek in de spotlights verdient. Dit keer zijn we te gast bij De Olliemölle in Borculo, een bistro waar keukenprins Roel Sieverink geen wit paard nodig heeft om onze harten te stelen.
Sprookjes bestaan niet, is ons altijd wijsgemaakt. Maar op een dag als vandaag wagen we dat te betwijfelen. Borculo, althans het deel van Borculo waar De Olliemölle is gevestigd, is een plek waar Anton Pieck als kunstschilder zich had kunnen uitleven. Nostalgisch, idyllisch, feeëriek, en dan praten we nog in eufemismen. Een stukje stedenschoon van de eerste orde, lezen ze vooraf op een van die vele molensites die zijn gewijd aan De Olliemölle. En daar is geen woord aan gelogen, constateren we als we over de kinderkopjes van de parkeerplaats naar de bistro lopen.
Het is vandaag Black Friday. Het contrast kan tussen de menigtes koopjesjagers die we onderweg passeerden en de serene rust rondom De Olliemölle kan haast niet groter. Aan de andere kant van de sluis in het slingerriviertje de Berkel, op Het Eiland, zat ooit De Stenen Tafel, het restaurant van Raymond Prinsen en Gea Meppelink dat tussen 1999 en 2011 een Michelinster droeg. Een krijtbord van Hesselink Koffie suggereert dat daar momenteel een koffiebar is gevestigd maar dat blijkt niet helemaal het geval. Proeflokaal01 heeft als gastropub zijn focus op lokale bieren.
De Olliemölle is van de twee waterradmolens de kleinste. Tot 1920, als de geschiedenis ons niet bedriegt, fungeerde deze als oliemolen met lijnzaadolie als hoofdproductie. Daarna werd hij omgedoopt tot korenmolen. De historische waarde, ooit waren deze molens in het bezit van stadhouder Willem IV van Oranje, wordt onderstreept in het logo van de gemeente Berkelland waartoe Borculo behoort. Dit logo voert een waterrad van een onderslagmolen. Dat waterrad draait in dit rijksmonument overigens nog volop. De Olliemölle had een oudheidkundig museum kunnen zijn. We zijn betoverd.
We krijgen van een alleraardigste gastheer een tafel toegewezen bij het homarium waar de oesters wachten op de volgende gasten. Het uitzicht op de Berkel en de eeuwenoude treurwilgen is er eentje dat veel likes zou scoren onder de fans van de tv-serie Ontdek je plekje. Dat het terras van De Olliemölle meermaals tot een van de mooiste van Nederland is uitgeroepen, dat trekken wij zeker niet in twijfel.
Sinds 1 september 2022 zwaaien Roel Sieverink en zijn vriendin Kim Blaauw de scepter over De Olliemölle
De tafels in De Olliemölle verdienen een aparte vermelding. Ze zijn gemaakt van de wijnkistjes die resteren uit de hoogtijdagen van De Stenen Tafel. Onze tafel leert dat ze daar in elk geval een wijn uit 1998 schonken van Château Mouton Rothschild en een Blanc Fumé de Pouilly Majorum uit de Loire uit 2009.
Sinds 1 september 2022 zwaaien Roel Sieverink en zijn vriendin Kim Blaauw de scepter over De Olliemölle. Hij is onder de fijnproevers vooral bekend van De Tuinkamer in Ruurlo. Of zij een nichtje is van Ron Blaauw, dat kunnen we haar niet rechtstreeks vragen. Zij adviseert vandaag over hypotheken, niet over wijnen.
Onze dis start met een vriendelijke, niet al te uitgesproken champagne van Michel Lenique uit Pierry. Meer informatie dan dat deze blancs de réserve een zachte bubbel is en dat De Olliemölle hem als enige in Nederland als huisaperitief heeft, geeft de gastheer ons niet. Later merken we op dat zijn wijnkennis of heel summier is of dat hij de noodzaak er niet van inziet om tekst en uitleg te geven over de druivensoorten, het terroir, de houtlageringen en de daarmee samenhangende aroma’s. Wij denken in deze rechtdoorzee champagne tonen te herkennen van biscuit en gekonfijte appeltjes.
De Olliemölle beschikt over een Bib Gourmand, dan mag je verwachten dat er iemand aanwezig is die in elk geval iets afweet van de toegevoegde waarde van wijn. Het wijnarrangement bij het wildmenu is nog in de maak, horen we bij de eerste gang. Als dat nu nog samengesteld moeten worden, dan is het wildseizoen zowat voorbij als het wordt ingevoerd.
De gastheer doet echter zijn opperste best ons –azijnzuipers van beroep- te behagen, en trakteert ons onbewust op een Saint-Peyre van Jean Luc Lavergne uit de -denkend van het etiket af te lezen- Languedoc. Deze uitbundige chardonnay schiet behoorlijk raak bij de tartaar van wilde eend, paling, schuim van cèpes (eekhoorntjesbrood), bieslook, krokante spek en poeder van cèpes. Vol, stevig en smeuïg is deze wijn, zowat vloeibare roomboter. En de tartaar, die is uit de kunst.
De warming-up slaan we geheel ten onrechte over. Want beide amuses, een huisgemaakte crème brûlée van rozemarijn en een soepje van bospaddenstoelen, zijn bij De Olliemöllie ware mondvermaakjes. Het brood is afkomstig van de plaatselijke bakkerij Nollen, de boter is eigenhandig verrijkt met verse peterselie, kervel, dille en geschaafde rode peper. Als afsluiter is crème brûlée een van de meest gewilde gerechten. Gedurfd, en grappig tegelijkertijd, om in een bistro de maaltijd ermee te beginnen. Wij houden van chefs die van de gebaande paden durven af te wijken.
Dat Roel Sieverink een keukenprins is, bewijst hij met een supermalse stoof van wildzwijn afgebonden met pure chocolade, foie gras, kaantjes, bieslook en een schuim van knoflook: intens lekker!
Waarderen kunnen wij eveneens de muziekkeuze bij De Olliemölle. Geen slaapverwekkende ballads maar juist wat meer uptempo. Love is in the Air Again van Larry Warren, I Choose Love van Caino en Higher van Marguerite Maria, dat werk. De bronzen beelden op tafel zijn te koop, alsmede een aantal reliëfschilderijen. Ze zijn gemaakt door Geke Dijkhuis, een kunstenares uit Hardenberg die ‘Roel nog kent uit zijn tijd bij de Tuinkamer’.
De Olliemölle is een van de deelnemers aan Wild eten in de Achterhoek. Dit collectief van restaurants en hotels serveert in de herfst dezelfde rode wijn bij het wildmenu, een wijn die wordt geïmporteerd door Anfors Imperial. Dit jaar is de keus gevallen op een zwoele blend uit het Spaanse Navarra: Pagos de Araiz Crianza 2019. Bij De Olliemölle gaat deze wijn leuk gepaard met een biefstuk van hert inclusief een korst een dragon, rode, witte en gele biet, een crème van pastinaak, pommes souffleés, een jus van rode wijn en welgeteld één spruit die ongaar is. Groenten mag van ons een bite hebben, graag zelfs. Maar als de spruit wegspringt als je je vork inzet, dan heeft deze het beetgare stadium nog niet bereikt. De cuisson van het hert is daarentegen perfect. Het hert is zó goed dat elke toevoeging, in dit geval een kruidenkorst, totaal overbodig is. Echt zonde dat het wordt geflankeerd door de smaak van anijs, de kruidenkorst is nog net geen pepermunt.
Tot slot worden we verwend met een luchtige tiramisu met lange vingers die zijn besprenkeld met Amaretto, een kletskop van amandel, perencompote en ijs van koffie en amandellikeur. Tof vinden wij dat De Olliemölle ruimhartig is in het uitdelen van credits aan anderen. Bij de friandises wordt nadrukkelijk vermeld dat deze afkomstig zijn van patisserie PUUR uit Eibergen. De koffie is net als van de buren van Hesselink. De dessertwijn blijft achterwege.
Ons gemopper over het gebrek aan wijnpassie mag niet vertaald worden als een ondermaatse bediening. Onze gastheer wint juist onze sympathie omdat hij zo prettig in de omgang is. Vlot zonder opdringerig te zijn. Klagen over de prijzen (54,50 euro voor een wildmenu dat uit vier gangen bestaat) zal bij De Olliemölle niemand, gokken wij. Afwegend tegen de gebruikte ingrediënten en de hoeveelheid arbeid, hanteren ze er uiterst vriendelijke prijzen, en niet alleen op Black Friday. Wij zijn meer dan overtuigd. Ons zien ze snel terug in het 'ze-leven-daar-nog-lang-en-gelukkige' Borculo.